Leestijd 6 - 7 min

Dankzij methodiek geweldloos verzet/verbindend gezag:

Meer gezamenlijke verantwoordelijkheid voor alle jongeren
Op school noemen ze het geweldloos verzet, ‘op’ de groepen verbindend gezag. Maar ze dóen hetzelfde, leggen orthopedagoog Yamie Sparidaans, mentor en leerkracht houtbewerking Teun Opsteen van De Korenaer Deurne en jeugdzorgmedewerker Jeroen van den Groenendal van Pactum uit. Samen dragen zij eenzelfde pedagogische aanpak uit en dat komt het gedrag van jongeren ten goede.

De Korenaer Deurne voor voortgezet speciaal onderwijs heeft leerlingen uit de regio op school en verzorgt het onderwijs aan jongeren die tijdelijk bij Pactum (JeugdzorgPlus) wonen. Elke ochtend maakt ‘school’ een rondje langs de groepen om te horen of er nog iets bijzonders is voorgevallen om overdag rekening mee te houden. Ook gedurende de dag – en na afloop – zijn de lijntjes kort. En dat moet ook, wil je de methodiek geweldloos verzet succesvol inzetten.

Vijf pijlers

Wat is geweldloos verzet? De vijf pijlers maken dat snel duidelijk. De eerste is dat je aanwezig en nabij ben en uitstraalt dat je er bent voor een jongere: relatie! De-escaleren is de tweede pijler. Daarbij hoort de uitdrukking: het ijzer smeden als het koud is. Je gaat dus bijvoorbeeld pas in gesprek als ieders emoties wat geluwd zijn.

De derde pijler is herstel van relaties: je geeft een jongere de kans om een herstelgebaar te maken na een ‘incident’. De vierde pijler is het steunnetwerk dat je met elkaar vormt, als leerkrachten, jeugdzorgmedewerkers en ook ouders. De vijfde pijler is: verzet. Je laat duidelijk weten welk gedrag je niet accepteert. In Deurne heet dat ‘rood gedrag’. Ook bij ongewenst ‘geel’ gedrag worden soms interventies ingezet.

Steungroepen belangrijk

De medewerkers van De Korenaer Deurne en die van de behandelgroepen van Pactum volgden allemaal trainingen geweldloos verzet/verbindend gezag. Ze zetten de vijf pijlers allemaal in, waardoor jongeren eenzelfde aanpak en houding ervaren.

“Je moet elkaar steunen en goed weten wat er gebeurt op school en op de groepen”, benadrukt Jeroen. “Alleen als we allemaal blijven uitstralen wat we verwachten van een jongere, werkt de aanpak. Het helpt bijvoorbeeld echt als ouders ook meegaan in de methodiek.”

Teun: “In de ideale situatie laten we een jongere allemáál voelen dat we er onvoorwaardelijk zijn voor hem of haar”, vult Teun aan. “En maken we ook duidelijk dat bepaald gedrag niet kan.”

Hoe werkt het in de praktijk?

Hoe ziet geweldloos verzet er dan uit in de praktijk? Teun heeft een goed voorbeeld.

Na een aantal situaties waarin een leerling ‘rood gedrag’ liet zien, werd aan hem goed uitgelegd waarom hij een deel van de dag buiten de houtafdeling les kreeg. “Vandaag kwam deze leerling naar me toe om te vragen of hij weer helemaal bij houtbewerking mag komen, omdat hij denkt dat hij daar zijn sociale vaardigheden wel kan verbeteren”, vertelt Teun. “Mooi, want hij heeft dus zelf nagedacht en komt zelf met een oplossing.”

Deze leerling woont in de groep van Jeroen. Ook die merkt gedragsverandering. “Het clowneske gedrag dat hij hier op de groep liet zien, is nu een stuk minder. In de emotieregulatie merken we dat hij nét iets langer nadenkt voor hij op een situatie reageert. Hij knalt nog wel eens een deur dicht, maar is sneller afgekoeld en je kunt sneller een rustig gesprek voeren.”

Hoe werkt het in de praktijk?

Hoe ziet geweldloos verzet er dan uit in de praktijk? Teun heeft een goed voorbeeld.

Na een aantal situaties waarin een leerling ‘rood gedrag’ liet zien, werd aan hem goed uitgelegd waarom hij een deel van de dag buiten de houtafdeling les kreeg. “Vandaag kwam deze leerling naar me toe om te vragen of hij weer helemaal bij houtbewerking mag komen, omdat hij denkt dat hij daar zijn sociale vaardigheden wel kan verbeteren”, vertelt Teun. “Mooi, want hij heeft dus zelf nagedacht en komt zelf met een oplossing.”

Deze leerling woont in de groep van Jeroen. Ook die merkt gedragsverandering. “Het clowneske gedrag dat hij hier op de groep liet zien, is nu een stuk minder. In de emotieregulatie merken we dat hij nét iets langer nadenkt voor hij op een situatie reageert. Hij knalt nog wel eens een deur dicht, maar is sneller afgekoeld en je kunt sneller een rustig gesprek voeren.”

Mooie herstelgebaren

Over dat eerdergenoemde rode gedrag zitten school en jeugdhulp op één lijn. Yamie: “We hebben allemaal duidelijk in beeld welk gedrag we niet accepteren. Denk aan agressie. Dat gedrag benoemen we en we maken duidelijk dat wat we niet willen zien.” Eerst de-escaleren is dan de route, waarna een leerling zelf nadenkt over een ‘interventie’ of herstelgebaar.

“Leerlingen kunnen zelf de mooiste ideeën bedenken om een herstelgebaar te maken”, merkt de orthopedagoog. “Laatst kwam een leerling langs de lokalen met koffie en thee: dat had ze bedacht. Terwijl ze dat heel lastig en helemaal niet leuk vindt. Een andere leerling kon oprecht sorry zeggen tegen een leerkracht. Dat zijn mooie stappen.”

Teun: “Om in verbinding te blijven, helpt het soms ook als je jezelf kwetsbaar durft op te stellen. Zo heb ik laatst tegen een leerling gezegd: ‘ik weet het nu echt even niet, ik kom bij je terug’. Dat werd ook geaccepteerd.” “Dit laat mooi zien dat zelfreflectie belangrijk is bij het inzetten van geweldloos verzet”, vult Yamie aan. “Je kijkt vooral ook naar wat je zélf anders kunt doen, of wat je in de omgeving of situatie kunt aanpassen.”

Training was heel nuttig

Natuurlijk: als ervaren onderwijs- en zorgprofessionals dóe je al een heleboel ‘volgens het boekje’. Toch leerden Yamie, Teun en Jeroen veel van de training die ze volgden.

“Je wordt bewuster bekwaam”, vindt Teun. “Je ontdekt nieuwe technieken”, zegt Jeroen. “De praktische voorbeelden die je meteen kunt toepassen, zijn fijn”, is de recensie van Yamie. Wat ook helpt is meer één taal spreken, merken de collega’s. En: de aanpak samen ‘onderhouden’ ook. Daarom is intervisie een wens.

Een voorbeeld van zo’n ‘techniek’: stiltes laten vallen in een gesprek met een jongere. Dat klinkt makkelijk, maar is helemaal niet zo eenvoudig. “Het werkt wel”, merkt Yamie. “Jongeren hebben dan meer tijd en ruimte om zelf te bedenken wat een goede vervolgstap of herstelgebaar kan zijn.”
Jeroen: “Een andere interventie die je kunt inzetten is een sit-in houden met een jongere en alle betrokkenen. Dat doen wij in de praktijk nog weinig op de groepen. Het is best lastig om iedereen aan tafel te krijgen, daar moeten we onze weg nog in vinden.”

Zo valt er nog best het een en ander te verbeteren, maar veel winst is er ook. Teun: “Doordat we binnen de school en als school en behandelgroepen samenwerken, zijn we meer samen verantwoordelijk voor alle leerlingen op school.”

Jongeren die in Deurne in een van de groepen van jeugdzorgorganisatie Pactum wonen, zijn daar residentieel of met een beschermingsmaatregel geplaatst. Ook zijn er open leefgroepen. Zij gaan naar school bij De Korenaer Deurne, waar ook andere jongeren uit de regio die gedragsbelemmeringen ervaren van harte welkom zijn. Jeugdzorgmedewerkers en onderwijsprofessionals werken intensief met elkaar samen.

Geweldloos verzet is ontwikkeld door professor Haim Omer, hoogleraar psychologie aan de Universiteit van Tel Aviv in Israël. De methode is gebaseerd op voorvechters van geweldloos verzet, zoals Martin Luther King en Gandhi. De naam Verbindend gezag voor deze aanpak is later bedacht bij het Lorentshuis, centrum voor systeemtherapie, opleiding en consultatie in Haarlem. Leidend is het besef dat we geen controle hebben op het gedrag van de ander, wel over ons eigen gedrag en welke interventies je kunt inzetten.

auteur Anne-Marie Veldkamp
fotografie John Peters